Dictionary - English > Dutch

< < Previous Page       Showing word pairs #5000 to #5500 of 5201 pairs total

English = Dutch

way = wijze
way = weg
ways = manieren
we = men
we = we
we = wij
weak = slap
wealth = vermogen
wealthy = vermogende
weapon = wapen
wear = dragen
weather = weer
weather forecast = weersverwachting
weaver = wever
web browser = webbrowser
website = website
wednesday = woensdag
week = week
weekend = weekeinde
weeks = weken
weep = wenen
weep = kreet
weigh = wegen
weight = gewicht
welcome = welkom
well = wel
well known = bekende
well known = bekend
went = gingen
went = gegaan
went = ging
west = westen
wet = nat
whale = walvis
whales = walvissen
what = wat
what for = hoezo
wheel = wiel
wheel chair = rolstoel
wheel chairs = rolstoelen
wheelchair = rolstoel
wheelchairs = rolstoelen
when = toen
when = als
when = wanneer
where = waar
where proper = pas
where to = waarnaartoe
where to = waarheen
whereas = terwijl
whereby = waardoor
whereby = waarmee
wherein = waarop
wherein = waarin
which = welk
which = welke
while = terwijl
whisk = veeg
whistle = fluiten
whistling = fluiten
white = wit
white = witte
white = blank
whitewash = witten
who = wie
whole = heel
whole = geheel
whole = hele
wholesale = massaal
wholesome = gezond
wholly = helemaal
whom = waarbij
whore = hoer
why = hoezo
why = waarom
wide = ruim
wide = wijd
widely = ruim
widow = weduwe
widower = wedumnaar
width = baan
width = breedte
width = wijdte
wife = vrouw
wife = echtgenote
wil = want
will = zin
will = wil
willing = willen
willingly = graag
win = winnen
wind = wind
windfall = buitenkansje
winding = draai
window = venster
window = raam
windows = ramen
wine = wijn
wings = vleugels
wins = wint
winter = winter
wipe = veeg
wireless = draadloze
wise = wijs
with = bij
with = mee
with = van
with = met
with respect to content = inhoudelijk
with that = daarmede
with that = daarmee
with this = hiermee
withdraw = onttrekken
withdrew = onttrokken
within = daarbinnen
without = geen
without = zonder
witnesses = comparanten
woe = ach
women = vrouw
women = vrouwen
wonderful = heerlijke
wood = bos
wood = hout
word = woord
words = woordjes
words = woorden
work = werk
work = werken
work = werkt
work day = werkdagen
work out = tellen
work sheets = werkbladen
worked = deden
worked = deed
worked = gewerkt
worked = werkte
workers = werknemers
workman = arbeider
workman = werkman
workmanship = uitvoering
workwomen = werkvrouw
workwomen = arbeidster
world = wereld
world championships = wereldkampioenschappen
worlds = werelds
worry = tobben
worser = slechter
worthless = waardeloos
would = wilden
wounded = gewond
wrinkle = frons
write = stellen
write = clue
write off = afschrijven
write up = bespreking
writer = schrijver
writers = schrijvers
writing = schrift
wrong = fout
yawn = geeuwde
yawn = geeuwen
yawned = gegeeuwd
year = jaar
yearly = jaarlijks
years = jarenlang
years = jaren
yellow = geel
yes = ja
yesterday = gisteren
yet = reeds
yet = alvast
yet = toch
yet = nog
yield = wijken
yielded = opgeleverd
yielded = geweken
yon = ginds
yonder = ginds
you = men
you = jou
you = jouw
you = u
you = jullie
you = jij
you = je
you all = jullie
young = jong
young man = jongman
youngest = jongst
your = uw
your = jouw
your = jullie
your = jij
yourself = jezelf
youth = jeugd
youth leader = jeugdleider
zero = nul
zodiac sign = sterrenbeeld
zodiac signs = sterrenbeelden
zoo = dierentuin