Dictionary - Dutch > English

< < Previous Page       Showing word pairs #1500 to #2000 of 5203 pairs total      Next Page > >

Dutch = English

gemak = comfort
gemak = ease
gemak = facility
gemakkelijk = comfortable
gemakkelijk = commodious
gemakkelijk = easy
gemaskerde = masked
gemeenschap = community
gemeente = community
gemeenten = municipalities
gemeten = measured
gemiddeld = on average
gemist = missed
genadig = gracious
genadig = merciful
generaal = general
genieten = savour
genoeg = enough
genoeg = sufficient
genootschap = society
geoutilleerde = equipped
gepleegd = committed
gepleegd = did
gepleegd = performed
gepleegd = perpetrated
gepraat = chat
gepresenteerd = presented
gerecht = course
gerecht = court
gerecht = dish
gerecht = just
gerecht = tribunal
gereden = rode
gereed = finished
gereed = ready
gereed = through
geregeld = fixed
geregeld = orderly
geregeld = regular
gericht = judgment
geruime = considerable
gerust = calm
gerust = easy
gerust = quiet
gerust = quietly
gerust = rest
gerust = repose
gerust = rest upon
geschapen = created
gescheiden = divorced
gescheiden = seperated
geschiedenis = history
geschikt = appropriate
geschikt = suited
gescholden = called names
gescholden = used abusive language
geslacht = sex
geslagen = beaten
gesloten = closed
gespeel = playing
gespot = spotted
gespot = seen
gesprek = conversation
gesprekken = conversations
gesprekken = talks
gesproken = spoken
gestationeerd = stationed
gesteld = supposing
gestemd = voted
gesteund = supported
gestimuleerd = stimulated
gestolen = stolen
gestoord = disturbed
getal = number
getalenteerde = talented
getest = tested
getranspireerd = perspired
getroffe = come across
getroffe = encounter
getroffe = engagement
getroffen = affected
getuigen = attest
geur = smell
geval = affair
geval = case
gevallen = defeated
gevallen = drop
gevallen = fall
gevallen = fancy
gevallen = hang
gevangenen = prisoners
gevangenenkamp = prisoners camp
gevangenis = prison
geven = give
gevolg = consequence
gevolg = followers
gevolg = result
gevonden = found
gevormd = formed
gewandel = walking
gewandeld = walked
geweest = be
geweest = being
geweest = to be
geweken = gave way
geweken = yielded
geweld = force
geweld = violence
gewelddadige = violent
geweldige = great
gewend = accustomed
gewend = was used to
gewerkt = worked
gewezen = former
gewezen = late
gewezen = showed
gewicht = weight
gewichtigheid = significance
gewild = wanted
gewond = wounded
gewoon = accustomed
gewoon = common
gewoon = just
gewoon = ordinary
gewoon = plain
gewoon = used to
gewoon = usual
geworden = became
geworden = come to hand
gezaghebbende = authoritative
gezegd = said
gezellig = cozy
gezellig = gregarious
gezellig = snug
gezellig = social
gezet = stout
gezet = fat
gezicht = sight
gezicht = view
gezicht = vision
gezicht = countenance
gezicht = face
gezicht = looks
gezicht = mug
gezien = dear
gezinshoofd = head of household
gezinsleden = members of the family
gezocht = affected
gezocht = demanded
gezocht = requested
gezocht = sought
gezocht = studied
gezocht = wanted
gezond = healthy
gezond = in good health
gezond = sane
gezond = wholesome
gezonde = healthy
gezonder = healthier
gezondere = healthier
gezondheid = health
gids = guide
gieten = pour
ginds = over there
ginds = yon
ginds = yonder
ging = gone
ging = went
gingen = gone
gingen = went
girorekening = account
gisteravond = last night
gisteren = yesterday
glazen = glassy
glazen = of glass
glijden = slide
goed = good
goed staan = become
goede = good
goederen = merchandise
goederen = property
goederen = goods
goedkoopste = cheapest
goedkope = bargain
goedkoper = cheaper
golven = currents
golven = undulate
golven = wave
golven = waves
gooi = cast
gooi = throw
gooien = cast
gooien = fling
gooien = throw
gootsteen = sink
gordijn = curtain
gouverneur = governer
graad = grade
graad = rank
graad = degree
graag = please
graag = willingly
gracht = canal
grachten = canals
graden = degrees
graf = grave
grap = joke
grappen = jokes
grappenmaker = joker
grappig = funny
gras = grass
gratis = free
graven = dig
greep = grip
grens = border
grens = boundary
grens = frontier
grens = limit
grepen = caught
griend = long-finned pilot whale
grienden = long-finned pilot whales
grijpen = catch
grijs = grey
groei = growth
groeien = grow
groeiende = growing
groeit = growth
groen = green
groente = vegetable
groentesoep = vegetable soup
groep = group
groet = greeting
groetjes = regards
grond = ground
grondeigenaren = landowner
groot = big
groot = great
groot = large
grootmoeder = grandmother
grootouders = grandparents
grootste = greatest
grootvader = grandfather
grote = adult
grote = big
grote = great
grote = grown up
grotendeels = mainly
groter = greater
groter = bigger
grotere = larger
gruwelijk = horrible
gulden = guilder
gulden = guilders
guldens = guilders
haakje = bracket
haakje = parenthesis
haakjes = brackets
haakjes = parenthesis
haar = hair
haar = her
haar = its
haard = fireplace
haastig = hasty
haastig = hurried
had = had
hadden = had
hakken = chop
hakken = cut
hakken = hack
hal = hall
halen = draw
halen = fetch
halen = get
halen = pull
halen = run
halfnaakte = half naked
hallo = hello
hallo = hi
ham = ham
hamer = hammer
handdoek = towel
handelaar = seller
handen = hands
handhaven = enforce
handhaven = maintain
handhaven = uphold
handhaven = vindicate
handleiding = manual
handleidingen = manuals
hangen = hang
hard = loud
hare = theirs
hart = heart
hartstikke = very
haten = hate
haven = harbor
haven = port
havenstad = port city
he = hey
heb = have
hebben = have
hebt = has
hebt = have
heden = today
heeft = has
heeft = have
heel = very
heel = whole
heen = away
heer = lord
heerlijk = glorious
heerlijke = wonderful
heerlijke = delicious
heet = called
heet = hot
heet = named
heette = heat
heffen = lift
heffen = raise
heffen = levy
heftig = vehement
heftig = violent
hegeet = heat
hekelt = dislikes
hel = bright light
hel = hell
hele = whole
helemaal = altogether
helemaal = entirely
helemaal = quite
helemaal = totally
helemaal = wholly
help = help
helpen = help
helpt = helps
hem = him
hem = them
hen = they
herfst = fall
herfst = autumn
herhaald = repeated
herhaalt = repeats
herhaling = repetition
herinnerd = recall
herinnerd = remind
herinnerde = recall
herinnerde = remind
herinneren = recall
herinneren = remind
herinnering = memory
herstel = recover
herstel = repair
hersteld = recover
hersteld = repair
herstelde = recover
herstelde = repair
herstellen = repair
het = it
het = the
heten = heat
heten = to be named
hield = held
hielden = held
hier = here
hierbij = herewith
hiermee = herewith
hiermee = with this
hieronder = at the foot
hieronder = below
hieronder = underneath
hieronder = among these
hiervoor = before this
hiervoor = for this purpose
hij = he
hing = hung
hingen = hung
hitte = heat
hoe = how
hoed = bonnet
hoed = hat
hoef = hoof
hoek = angle
hoek = corner
hoek = hook
hoekje = corner
hoekje = nook
hoer = whore
hoeveel = how many
hoeveel = how much
hoeveelheid = quantity
hoeven = need
hoewel = how many
hoezo = what for
hoezo = why
hoge = high
hoger = higher
hogere = larger
hoi = hi
hond = dog
honden = dogs
honderd = hundred
honderdduizenden = hundreds of thousands
honderden = hundreds
hongarije = hungary
honger = hungry
hongerig = hungry
honing = honey
hoofd = head
hoofden = heads
hoofdletters = capital letters
hoofdstad = capital
hoofdstad = capital city
hoofdsteden = capitals
hoofdstuk = chapter
hoog = high
hoog = tall
hoogte = height
hoop = heap
hoop = lots
hoop = mess
hoop = pile
hoorde = hear
hoorde = learn
hoort = goes
hopen = hope
horen = hear
horen = learn
horloge = watch
horoscoop = horoscope
hou = love
houden = love
houden = contain
houden = hold
houden = keep
hout = wood
hovenier = gardner
huid = skin
huidige = current
huidige = present
huidige = presently
huilen = cry
huis = home
huis = house
huisdier = pet
huisgezin = family
huishoudens = households
huishouding = family
huishouding = house keeping
huishouding = household
huiskamer = living room
huisvrouw = housewife
huiverig = hesitant
huiverig = shivery
hulp = help
hun = their
hun = them
hun = they
hunne = theirs
huppelen = hop
huppelen = skip
huren = rent
huurman = hired man
huwelijk = marriage
ideale = ideal
idee = idea
ie = him
ieder = at
ieder = by
ieder = each
ieder = every
iedere = every
iedereen = everybody
iemand = somebody
ieranier = iranian
iets = something
ietsje = bit
ietsje = bit of
ijs = ice
ijs = ice cream
ijsberg = iceburg
ijsje = ice cream
ijzer = iron
ik = i
in = in
in het midden van = among
inbegrepen = all in
inbegrepen = everything included
inbraken = robberies
inburgeren = integration
inburgeren = naturalization
inchecken = check-in
incidenten = incidents
indeling = classification
inderdaad = indeed
inderdaad = really
indien = if
indien = provided that
individu = individual
individueel = individual
individuele = individual